Bn-Ia6
Hendrik Camphorst uit Voorst, zoon van Abraham Kamphorst, oud 38 jaar en wonende op de Kloveniersburgwal te Amsterdam, ging op 19-4-1782 te Amsterdam in ondertrouw met Magdalena Simons. Hij kon toen een redelijk goede handtekening plaatsen (afb. ). Op 21-1-1784 werd Hendrik als winkelier poorter van de stad Amsterdam. Op 6-7-1791 overleed hij te Amsterdam als bierdrager in de Spiegelstraat bij de Herengracht.
Afb. : Handtekeningen van Hendrik Camphorst en zijn bruid.
Bn-Ia7
Harmen Kamphorst van Voorst, oud 23 jaar, zoon van Abraham Kamphorst van Wilp, woonde aan de Herengracht te Amsterdam in 1771. Op 16-1-1771 werd hij poorter van de stad Amsterdam. Hij trouwde op 19-4-1771 te Amsterdam met de 36-jarige Elisabeth Moetjes uit Leiden. Op 17-4-1772 hertrouwde hij als weduwe van Elisabeth Motjes met Martijntje van Kruijs uit Meidrecht. Hij woonde toen in de Kalverstraat. Harmen kon toen een redelijk goede handtekening plaatsen, maar zijn bruid kon niet schrijven (afb. ). In 1785 stond Harmen te boek als turfdrager in de Spiegelstraat te Amsterdam. Hij werd op 3-7-1785 begraven te Amsterdam.
Afb. : Handtekening van Harmen Kamphorst.
Bn-IIa2
Abraham Kamphorst is tot 1810 kanonnier geweest bij de Artillerie te voet. De volgende tekening van Bartholomeus Johannes van Hove, aanwezig in het Legermuseum te Delft, toont een kanonnier in 1823. (afb...)
Bn-IIIa (IIa3)
Mechteld Kamphorst en Pieter Arnold of Arnaud kregen te Arnhem samen de volgende kinderen: Jan Jacob (geb. c.1814, overl.25-6-1818), Sophia Cornelia (geb. c.1815), Johanna Antonia (geb. c.1816), een levenloos kind (geb. 8-2-1817), Christina (geb. en overl. maart 1820), Christiaan (geb. augustus 1821, overl. 12-1-1822), Pieter (geb. 1-9-1823, overl. 15-9-1823) en Petronella (geb. c.1825).
Bn-IIIb2
Jacomyna werd begraven op het kerkhof te Wilp op 16-12-1863.
Bn-IIIb4
De kinderen van Gerritjen, allen geboren te Apeldoorn, zijn Martha Thijsina (geb. 28-1-1831), Antje (geb. 14-12-1833), Hartgerdina (geb. 18-2-1836) en Tijsje (geb. 1-10-1838).
Bn-IIIb7
Volgens een aantekening in een familiebijbel is Johanna Maria overleden op 9-9-1856 en begraven op 15-9-1856.
Bn-IVa2
Petertje's echtgenoot Gerrit Palm was papierfabrikant op de Nieuwe Molen te Emst in de gemeente Epe. Hij werd geboren te Epe op 18-4-1840 en gedoopt te Epe op 31-5-1840. Behalve de vier genoemde kinderen, geboren te Apeldoorn, had Petertje nog twee kinderen, n.l.: Teunis Gerrit (geb. gem. Epe 26-5-1872) en Geertruida Johanna (geb. gem. Epe 9-3-1874).
Bn-IVa4
Het kind Loog was een stiefzoon van Antje. Hij was een zoon uit het huwelijk van Hendrik Rouwenhorst en diens eerste vrouw Jannetje Ruimerman.
Bn-IVb5
Hendrika werd begraven te Apeldoorn op 1-4-1949 op de begraafplaats aan de Soerenseweg
Bn-IVb6
Hendrik is begraven op 9-2-1950 op de begraafplaats in de buurtschap Wenum bij Apeldoorn.
Bn-IVc (IIIb9)
Bij het overlijden van Peter in 1904 werd een Memorie van Successie opgesteld (3). Zijn nalatenschap bestond uit fl 11128,40 aan activa en fl 3321,14 aan passiva. Tot de activa behoorden zijn huis op een perceel van 15 are en 20 centiare aan de Christiaan Geurtsweg ter waarde van fl 3750,-, fl 1187,- aan vorderingen en een spaartegoed van fl 4795,-. Ook bezat Peter een zitbank in de Nederlands Hervormde kerk te Apeldoorn. De passiva bestonden uit o.a. een hypothecaire schuld van fl 1000,- en fl 2307,24 aan andere schulden. Het batig saldo werd verdeeld onder Peter's kinderen Antje, Hartger en Aart Jacobus.
Toen zoon Aart Jacobus in 1937 overleed, was er op het perceel aan de Christiaan Geurtsweg een tweede huis met een schuur gebouwd (4). De onroerende goederen waren samen fl 8800,- waard. Daarnaast had Aart Jacobus een hypothecaire vordering van fl 3000,- en een spaarbankboekje bij de Boerenleenbank ter waarde van fl 6810,36. Samen met zijn broer Hartger en zuster Antje had hij tevens twee spaarbankboekjes bij de Rijkspostspaarbank, elk met een saldo van fl 1103,26. Het totaal van de activa was fl 22.334,37 en de schulden bedroegen fl 146,88.
Dochter Antje overleed op 30 november 1940, ruim 7 maanden na haar broer Hartger. Zij bezat toen o.a. nog de panden aan de Christiaan Geurtsweg ter waarde van fl 10.800,-, een banksaldo van fl 2640,58 bij de Boerenleenbank en fl 4388,80 aan kasgeld. Zij had twee zitplaatsen in de Nederlands Hervormde Kerk. Als erfgenamen had zij slechts achterneven en zij had een aantal legaten geschonken aan personen en instellingen. Tot deze instellingen behoorden de Vereniging voor Diaconessenarbeid, de Vereniging Harmonieorkest Apeldoorn, en de Nederlands Hervormde Gemeente.
Van de Heer J. van Beek te Vorden ontvingen wij de hierbij afgebeelde foto van dochter Antje, (afb..). Hij herinnert zich hoe hij als jongen van twaalf jaar met zijn ouders op bezoek ging bij het boerderijtje aan de Christiaan Geurtsweg. De tuin, die dicht begroeid was met fruitbomen en bessenstruiken, eindigde in een wildernis bij het vervuilde stroompje De Grift. Ook waren er druiven en bijenkorven. Toen het huis na Antje's overlijden werd ontruimd, bleek zij maar weinig bezittingen van haarzelf en haar broers te hebben weggegooid. Zo kwamen er veel onderscheidingen te voorschijn en een doos met feestartikelen van de oranjevereniging. Muizen hadden de rollen met serpentines zodanig aangevreten dat er nog slechts kleine snippertjes waren overgebleven.
Bn-VIIa
Gerrit Kamphorst is overleden te Amstelveen op 1-10-2006 en is gecremeerd aldaar op 5-10-2006.